Waar moet het heen met de bibliotheken? Onder bibliothecarissen lijken zich twee overtuigingen af te tekenen. Eén: er zal altijd behoefte blijven aan bibliotheken. En twee: we hebben geen idee hoe ze er in de toekomst uit zullen zien. Althans, dat was af te lezen aan het thema van het 79e World Library and Information Congress van de IFLA deze zomer in Singapore: Future libraries: infinite possibilities. Als de mogelijkheden grenzeloos zijn, is het toekomstperspectief zacht gezegd niet erg helder. Is er niet vooral behoefte aan een stip op de horizon?
Gelukkig deed IFLA haar best om de waaier aan mogelijkheden een beetje dicht te schuiven. Op maandag 19 augustus lanceerden voorzitter Ingrid Parent en directeur Jennefer Nicholson een nieuw trendrapport in aanwezigheid van een flink deel van de congresdeelnemers. Hoewel: de naam Trend Report bleek een tikje misleidend. Wat werd gepresenteerd was een zestien pagina’s tellend ‘insights document’ met als titel Riding the waves or caught in the tide? en een website.
Op die site is meer te vinden. Onder andere een literatuurstudie naar relevante trends, een uitgebreide lijst van bronnen (met doorklikmogelijkheid) en een discussieplatform. De intentie met de trendstudie, zo lichtten Parent en Nicholson toe, is dat bibliothecarissen wereldwijd het gesprek met elkaar aangaan over wat trends als deze gaan betekenen voor het bibliotheekwerk en –vak zoals we het lange tijd hebben gekend. In de woorden van de voorzitter: “The Trend Report isn’t looking at libraries in the information environment – it’s looking across society. The Trend Report is the starting point for libraries to work back from, and consider how they fit into the new global economy.”
Dat daarbij keuzes moesten worden gemaakt, spreekt vanzelf. Als je maar breed en diep genoeg zoekt, is het aantal maatschappelijke ontwikkelingen dat op de een of andere manier de bibliotheken raakt overweldigend. IFLA heeft er wijselijk voor gekozen er vijf uit te lichten. Dit zijn ze:
- Nieuwe technologieën zullen de toegang van groepen mensen tot informatie zowel verruimen als beperken
- Online onderwijs zal het traditionele leren ingrijpend veranderen
- De grenzen van databescherming en privacy zullen opnieuw worden vastgesteld
- Hyper-verbonden samenlevingen zullen naar nieuwe groepen luisteren én hen ‘empoweren’
- De globale informatie-economie zal door nieuwe technologieën een verandering ondergaan
Het eerste dat opvalt is dat al deze trends met veranderingen in technologie verband houden. Met de gekozen formuleringen wordt gepoogd onder woorden te brengen hoe de maatschappij probeert om te gaan met de digitalisering van informatie. Domeinen als onderwijs, economie, sociale cohesie en de privésfeer staan daarin centraal. Ontwikkelingen in die domeinen zelf, los van digitalisering, komen in het rijtje niet voor.
“The Trend Report isn’t looking at libraries in the information environment – it’s looking across society. The Trend Report is the starting point for libraries to work back from, and consider how they fit into the new global economy.”
Ten tweede: niet alles lijkt even solide onderbouwd. Met name de tweede trend roept (in elk geval bij ondergetekende) de vraag op of die zich zal materialiseren. De opkomst van de massive open online courses (MOOCs) en andere vormen van online onderwijs lijkt van nog te recente datum te zijn om te kunnen zeggen dat het traditionele leren echt ingrijpend zal veranderen. Het afstandsonderwijs van de open universiteiten zoals we dat al enkele decennia kennen heeft het ‘fysieke’ onderwijs aan reguliere universiteiten niet omvergeworpen. Het is er vooral een welkome aanvulling op geweest. Hetzelfde kan mogelijk bij de MOOCs over twintig jaar terugkijkend worden vastgesteld. Hoe dan ook is de opkomst van het verschijnsel ‘open’ – het gratis (en niet zelden ook in auteursrechtelijke zin ‘vrij’) beschikbaar maken van content – relevant voor bibliotheken.
In haar speech maakte Ingrid Parent duidelijk dat het niet om vijf geïsoleerde trends gaat. In de praktijk werken ze op elkaar in. Ze gaf een paar verhelderende voorbeelden. Wat te doen als je als bibliotheek mensen met een Google Glass op hun neus binnen krijgt? Van oudsher hebben (zeker de openbare) bibliotheken betoogd dat zij veilige plekken zijn. Je kunt er alles uit de kast trekken en tot je nemen zonder dat er iemand over je schouder meekijkt. Kun je die pretentie nog wel waarmaken als er van die slimme brillen door je gebouw lopen? Recent is onthuld dat in ieder geval Google altijd door de brillen kan meekijken. We kunnen vermoeden dat dat dan ook voor geheime diensten in sommige (?) landen geldt. Hoe los je als bibliotheek de spanning op tussen de privacybescherming van de een, en de vrijheid van de ander om zo’n bril te kunnen dragen in een openbare instelling?Verder: de datasporen die gebruikers achterlaten zijn voor bibliotheken instrumenteel in het verbeteren van hun dienstverlening. Zeker als er e-books gestreamd worden, krijgen bibliotheken in potentie een schat aan gegevens die veel kan leren over hoe boeken daadwerkelijk gelezen worden. Hoever kunnen ze gaan in het verzamelen en combineren van gebruik(er)sregistraties?
Uiteraard zijn er de nu al prangende kwesties rond het digitaliseren van materialen, auteursrechtelijke beperkingen bij het uitleveren daarvan, het ontwikkelen en promoten van metadatastandaarden en het converteren van oude formats naar nieuwe. Dit brengt stijgende kosten voor digitalisering met zich mee, terwijl de fysieke conservering niet direct minder gaat kosten. Hoe lossen bibliotheken dit op in economisch niet bijster florissante tijden?
En dan is er nog het probleem van de big data en de verhouding tussen bibliotheken en de overheden die hun financieren. Van oudsher hebben bibliotheken zich sterk gemaakt voor creativiteit en de vrijheid van meningsuiting, en overheidscensuur bestreden. Zodoende hebben ze nieuwe sociale bewegingen gesteund. Maar in hoeverre zullen ze daartoe nog steeds in staat zijn in een samenleving waarin the powers that be toegang hebben tot veel gegevens en grassroots activism in een vroeg stadium kunnen opsporen en tegenwerken?
Vragen, vragen. Het opwerpen en bediscussiëren daarvan is, aldus de IFLA-voorvrouwen, het eigenlijke doel van het IFLA Trend Report. Daarmee maakten ze het rapport immuun voor kritiek in de trant van ‘hebben we dit al niet eerder gezien’. Inderdaad kun je je bij sommige van de vijf trends afvragen of ze in de kern zoveel verschillen van degene die vijf of tien jaar geleden werden geïdentificeerd door onder andere OCLC Research. Wie de achterliggende documenten op de website bekijkt, ziet dat er veel meer voer voor discussie is dan de vijf trends alleen. Zo wordt er ook aandacht besteed aan niet-technologische trends. Denk aan ongelijkheden tussen groepen naar leeftijd en etniciteit op lokale, nationale en globale schaal.
Nieuw is wel dat de wereldbibliotheekfederatie zo’n trendverkenning publiceert en haar leden oproept om via de website met haar en met elkaar in discussie te gaan over wat dit alles gaan betekenen voor bestaande concepties over wat een ‘bibliotheek’, een ‘collectie’, ‘informatiedienstverlening’ is. Waarmee ze de professionaliteit in de bibliotheekbranche een impuls geeft. De nieuwe voorzitter, Sinikka Sipilä, toonde zich vastbesloten om dit stokje van haar voorganger over te nemen, toen ze in haar eerste toespraak stelde dat wat haar betreft het IFLA Trend report een “crucial tool for libraries to position themselves in the changing information landscape” is.
Dat zal nog moeten blijken. Vooralsnog loopt het niet storm in de discussieruimte, die pas na registratie als gebruiker van de site toegankelijk is. Veel zal afhangen van de professionele houding van bibliothecarissen en hun verenigingen op deze aardbol in het riding the waves, in plaats van being caught in the tide.
Dit artikel verscheen in Informatieprofessional, jaargang 17 nummer 7 (pp. 10-11), 26 september 2013
IFLA Trend Report: impuls voor professionalisering by Frank Huysmans is licensed under a Creative Commons Attribution 4.0 International License.