Het gaat niet goed met het boek in Nederland. Boekhandels sluiten, bibliotheken worden wegbezuinigd, boekenclubs gaan op de fles. ’s Lands meest prestigieuze boekenketen Selexyz ging failliet, werd door een investeerder samengevoegd met ramsj- en antiquariaatketen De Slegte onder de nieuwe naam Polare, en die keten staat nu weer voor de afgrond. ‘Het kon beter’ is een understatement.
Geen vrienden
Als je dit zo opschrijft, maak je geen vrienden in het boekenvak. Het land kent een aantal goedlopende boekhandels met directeuren die het publieke debat niet schuwen. Zo is daar Fabian Paagman van de gelijknamige boekhandel in het Haagse Statenkwartier. Een belevenisboekhandel: er is een hip café en een kinderboekenafdeling met een vol activiteitenprogramma. Geregeld komen er schrijvers voordragen en signeren. Poëzie vult er nog meer dan een enkele plank. Neemt Fabian het woord, dan luistert het boekenvak. Dus als hij op de site van Boekblad verkondigt dat naar aanleiding van deze affaire eens goed moet worden gediscussieerd over de rol van CB Logistics (voorheen het Centraal Boekhuis), begint in Culemborg de adrenaline door de aderen te kolken.
Als Maarten Asscher spreekt, doet hij dat ook een beetje namens mij
Eenzelfde status in het vak heeft Maarten Asscher, directeur/eigenaar van Athenaeum-boekhandel met hoofdvestiging aan het Spui in Amsterdam. Prachtige boekhandel met een uitstekend assortiment op het gebied van letteren, geschiedenis, politiek en wetenschap. Je vindt er een ruime collectie Engelstalige literatuur (en dat met een American Book Centre en Waterstone’s aan hetzelfde plein) maar ook een goede selectie recente literatuur uit andere taalgebieden, zoals het Frans en Duits. Met zo’n winkel op een steenworp afstand van mijn Amsterdamse werkplek ben ik reddeloos verloren. Ik durf niet te schatten hoeveel procent van mijn inkomen ik er in het afgelopen decennium heb achtergelaten. Laten we zeggen dat als Maarten Asscher spreekt, hij dat ook een beetje namens mij doet.
‘Polare is gewoon te groot om te slagen’
Afgelopen vrijdag kreeg Maarten van NRC Handelsblad, in welks nieuwe Amsterdamse onderkomen aan het Rokin ook een kleine Athenaeumvestiging huist, ruimte op de opiniepagina om te verkondigen [paywall] dat het debacle van Polare vooral niet moet worden toegeschreven aan het verval van de leescultuur. De ondertitel luidde: ‘Is de boekenmarkt begonnen aan z’n laatste stuiptrekking? Welnee (…) Polare is gewoon te groot om te slagen’. In zijn stuk geeft Maarten vier redenen waarom aan het Polare-fiasco vooral geen ‘cultuursociologische interpretatie’ moet worden gegeven. Waarmee hij verwijst naar het gegeven dat er in Nederland al zeker sinds 1975 minder tijd wordt besteed aan boeken en dat sinds medio jaren negentig het aantal bij openbare bibliotheken geleende boeken bijna is gehalveerd. Ik vat Maartens vier waarnemingen even samen:
- De boekhandel heeft sinds 2008 twintig procent minder omzet behaald, terwijl de gehele non-food-sector het met veertig procent minder heeft moeten doen. Die niettemin forse aderlating voor de boekhandel en uitgeverijen kan door middelgrote en kleine bedrijven beter worden opgevangen dan de grote ketens dat kunnen.
- Deze grote ketens moeten voor hun investeringen terecht op de kapitaalmarkt, waar andere wetten gelden dan in de boekenbranche. Hun wordt geen tijd gegund om rustig een naam en positie op te bouwen – ze moeten snel winstgevend worden, anders vertrekt het kapitaal weer naar elders.
- Er werden in 2013 nog altijd 41 miljoen boeken verkocht en het digitale boek (e-book) nam slechts 3,2 procent van de totale omzet daarvan voor zijn rekening. De groei van digitale verkoopkanaal kan dus ook niet verklaren waarom Polare het moeilijk heeft.
- Door ‘bezuinigingen en beleidsmatige dwalingen’ wordt weliswaar het primaire proces van de openbare bibliotheken sluipend ondermijnd: ‘het toegankelijk maken en overdragen van de geschreven cultuur’. Maar de neergang van Polare kan daar moeilijk aan worden toegeschreven.
Maarten spreekt, ik zei het al, een beetje namens mij als hij zegt dat je met deze vier punten niet kunt verklaren waarom Polare mogelijk op de fles gaat. Sowieso kun je één incident nooit toeschrijven aan een langlopende trend. Eén zwaluw maakt nog geen zomer, en één winter zonder sneeuw en ijs kan nooit een sluitend bewijs zijn voor klimaatverandering.
De leesklimaatverandering doodzwijgen: waarom toch?
Maar wat me verbaast is dat Maarten de langetermijnontwikkelingen die het boekenvak toch wel degelijk parten spelen niet aanroert. Doodzwijgt. Een klimaatverandering kan namelijk wel verklaren waarom het aantal kwakkelwinters over een langere termijn toeneemt. En de cultuursociologische trend dat we in Nederland minder boeken zijn gaan lezen, kan wel degelijk verklaren waarom een keten als Polare/Selexyz/De Slegte ooit een keer in de problemen komt, net als eerder kranten- en tijdschriftenuitgevers als Wegener en Sanoma. Hier een viertal waarnemingen over de wat langere termijn:
- Sinds onderzoek wordt gedaan naar de tijdbesteding van Nederlanders, is de tijd die we aan gedrukte media besteden gedaald van 6,1 uur per week in 1975 naar 2,5 uur in 2011. Besteedde in 1975 nog 96 procent van de bevolking vanaf 12 jaar ten minste enige tijd aan boeken, kranten en tijdschriften, in 2011 was dat nog 67 procent. [bron, p. 89]
- 41 miljoen verkochte boeken is een flinke stapel. Als je die bekijkt in het perspectief van de 51 miljoen die er in 2008 nog werden verkocht, lijkt het aantal toch wat minder indrukwekkend. [bron]
- Werden er in 1991 op jaarbasis 170 miljoen boeken uitgeleend door de Nederlandse openbare bibliotheken, in 2012 waren het er nog 85 miljoen, een halvering dus. [bron 1, p. 63 en bron 2]
- bron, p. 17]). Wellicht tellen in de cijfers van de figuur ketens als Bruna en AKO maar één keer mee? Hoe dit ook zij: het aantal boekhandels lijkt aan het afnemen te zijn. De daling stokt tussen 2007 en 2010, precies de periode waarin de boekenverkoop hoogtijdagen beleefde. [bron] Waar Maarten op vrijdag in NRC een getal van 1.500 boekhandels noemt, drukt diezelfde krant een dag later deze grafiek af, waarin het er in 2012 nog rond de 700 zijn. Mij lijkt het dat Maarten het gelijk aan zijn zijde heeft (de Koninklijke Nederlandse Boekverkopersbond had eind 2012 bijna 1.088 leden met 1.502 verkooppunten [
De werkelijkheid achter de cijfers: Den Haag
Achter die laatste cijfers gaat ook een werkelijkheid schuil. Neem Den Haag, waar ik sinds de eeuwwisseling woon. In mijn vroege Haagse jaren waren er aardig wat algemene boekhandels. Favoriet was Houtschild in de Papestraat: een klassieke boekwinkel met een goede collectie literatuur en geschiedenis. De collectie Frans sprong eruit: de liefhebber van actuele én gevestigde Franstalige literatuur hoefde niet verder te kijken. Echt fraai was Buddenbrooks aan het Noordeinde. Donkerhouten kasten met trappen voor de hoogste schappen. Het deed zijn naam eer aan met een goed gesorteerde collectie Duitstalige literatuur waarin het verzameld werk van Thomas Mann altijd aanwezig was. De rest van de collectie deed daar nauwelijks voor onder.
Met Houtschild was het een jaar of zes geleden ineens afgelopen. Pogingen de winkel aan geïnteresseerde partijen over te doen, liepen op niets uit. Ongeveer tezelfdertijd verhuisde Buddenbrooks naar een goedkoper pand aan de overzijde en ging de boekhandel met een kunstgalerie combineren. Dat verlengde de doodsstrijd nog even, maar uiteindelijk moest ook deze kwaliteitsboekhandel definitief de deuren sluiten. Een van de eigenaren vertrouwde me toe dat de snelle thuisbezorging van Bol.com ook aan de waarneming van hun trouwe clientèle niet voorbij was gegaan.Als ik het me goed herinner, had boekhandel Van Stockum toen reeds twee van zijn drie vestigingen gesloten, waaronder een centraal gelegen winkel aan het Noordeinde op kruipafstand van het paleis. En vorig jaar moest Selexyz Verwijs haar prachtige winkel in het hart van de Passage verlaten. Een deel van de boeken en personeel verhuisde naar het nabijgelegen pand van De Slegte en ging onder Polare-vlag verder. In het vrijgekomen pand in de Passage opent Apple in juni een Store à la die aan het Amsterdamse Leidseplein.
Wat resteert er dan? Als Polare definitief dichtgaat, hebben we in het centrum van de Hofstad geen algemene boekhandel meer. Alleen nog specialistische boekhandels (Amerikaanse boeken, Engelstalige boeken, juridische boeken, christelijke boeken, reisboeken en -gidsen). Van Stockums resterende vestiging ligt planologisch gesproken wel heel erg aan de rand van het centrum en dus ‘uit de loop’ (met uitzondering van degenen die via Den Haag Centraal naar de stad komen).
Elders in de stad hebben we dan nog Fabian Paagmans winkel in het Statenkwartier, het expat-hart van de stad. (Je zou verwachten dat je daar nog wat aanbod in andere talen dan het Nederlands en Engels had. Mis. Een verkoopster vertelde me vorig jaar dat ze daarmee waren gestopt. ‘Geen markt meer voor.’) Zowaar nog een hidden gem: Couvée in Benoordenhout, klein maar fijn en zonder eigen website. Boven de deur het wapen van de Oranjes en de aanduiding ‘hofleverancier’. De vraag is hoe lang dat wapen er nog zal hangen; de eigenaresse verzuchtte vorig jaar dat het niet makkelijk was om te overleven. Dan vindt u nog een AKO hier, een Bruna daar en nog een enkele onafhankelijke kantoorboekhandel, enkele studieboekhandels, ramsjboekhandels en (van aanbod uitpuilende) antiquariaten.
Het wegkijken: een déjà vu
Op basis van het bovenstaande ben ik niet geneigd het adagium too big to succeed van Maarten te geloven. Eerst gingen hier de kleine, onafhankelijke winkels op de fles. Nu pas de ketens. Maar terug naar Maartens waarnemingen. Die snijden zeker hout. Nogmaals de vraag niettemin: waarom negeert zijn opiniestuk zo opzichtig de leesklimaatverandering? En dat niet voor het eerst. In 2005 werkte ik bij het Sociaal en Cultureel Planbureau en was ik medeverantwoordelijk voor het onderzoek naar de tijdbesteding aan het lezen. In de Volkskrant verscheen daarover een kritische opiniebijdrage van Maarten. Zijn stelling: het SCP meet ontwikkelingen in het lezen niet goed en het is dus maar de vraag of er wel echt wel minder wordt gelezen. Als insider kon ik aannemelijk maken dat die ontlezing er echt wel was en dat we daarvoor meerdere indicaties hadden, niet alleen die van het onderzoek naar de tijdbesteding.
Nu, acht jaar later, is zijn argument dat het met de opmars van de e-books niet zo snel gaat als menigeen had verwacht. Inderdaad. Dat verklaart weliswaar niet de teloorgang van Polare, maar kan de daling van 51 naar 41 miljoen verkochte titels in de afgelopen jaren toch moeilijk goedpraten? En de bibliotheken met hun dalende uitleencijfers kun je toch moeilijk als concurrenten van de e-book-verkoop opvoeren. Ze lenen pas sinds januari op grotere schaal e-books uit.
Negen van de tien boeken op Nederlandse e-readers zijn niet zelf aangeschaft
Dan is er nog de verspreiding van e-books via internet en (belangrijker!) usb-sticks en cd-roms. Ook daarover maakt het boekenvak zich opmerkelijk weinig druk. Terwijl iedereen kan zien dat met zo’n gratis cd’tje van de buurman of een tennisvriendin met daarop vijftienduizend titels een investering van 100 euro in een e-reader zich uitbetaalt in jarenlang leesplezier. Zeker in tijden van recessie. Je zou verwachten dat de boekenvakkers zich achter de oren zou krabben, ook gezien de eerdere ervaringen in de muziek- en videobranche. Maar zoals ik tijdens de conferentie De Staat van het Boek in 2012 ervoer: de sense of urgency ontbrak geheel en al. Er waren geen cijfers, ‘dus werd het probleem misschien wel een beetje overschat’. Inmiddels zijn de cijfers er wel: negen van de tien boeken op Nederlandse e-readers zijn niet zelf aangeschaft.
Geen bedrijfstakgegevens: ‘concurrentiegevoelig’
Eerder was me al gebleken dat het proberen betrouwbare gegevens voor onderzoek en statistiek voor het boekenvak te verzamelen gelijkstond aan het trekken aan een dood paard.
Enkele jaren geleden riep de Koninklijke Vereniging van het Boekenvak (KVB) spelers uit uitgeverij, boekhandel, distributie en wetenschap aan tafel. Doel was te bezien of er een overzicht van bedrijfstakgegevens kon worden gemaakt, zoals men dat in Duitsland jaarlijks doet(‘Buch und Buchhandel in Zahlen‘) en zoals het begin jaren negentig in Nederland ook is gebeurd). Op basis daarvan zou dan richting politiek en beleid een degelijker verhaal kunnen worden gebracht. Goed idee, zeiden het Centraal Boekhuis en ECI, maar probeer het zonder onze cijfers. Die zijn concurrentiegevoelig, dus bedrijfsgeheim. Datzelfde CB zet nu om bedrijfseconomische redenen Polare voor het blok. Postcodeloterij-eigenaar Novamedia maakte onlangs bekend met ECI in afgeslankte vorm (30 van de 200 arbeidsplaatsen) een doorstart te gaan maken als ‘bloeiende boekenclub met webshop’.Schrijvers: Neêrlands hoop in bange dagen?
Gelukkig zijn anderen wel bereid om de kat de bel aan te binden. Het zijn voornamelijk schrijvers. Sommigen voerden in het eerste februariweekend in diverse steden actie voor de gesloten deuren van Polare-boekhandels, onder andere in Den Bosch en Leiden. Auteur Christiaan Weijts beschreef in NRC Next van 3 februari een recent publicitair tripje van onder meer zijn uitgeverij. Onbedoeld werden die dag de problemen van het boekenvak voor alle deelnemers pijnlijk duidelijk [paywall]. Ook signaleert hij terecht dat er weliswaar veel meer dan vroeger van schermen wordt gelezen, maar dat dat het soort lezen is waar (in mijn woorden) schrijvers en uitgevers blij noch rijk van worden. Marcel van Driel komt tot een min of meer gelijkluidende diagnose.
Blijven we wegkijken, dan doen we dat vooral ten koste van de komende generaties
Hopelijk lukt het hen om het boekenvak te mobiliseren vanuit het inzicht dat er een groot gezamenlijk belang in het geding is. En nee, dat is niet de vaste boekenprijs. Dat is hooguit een middel, waarvan nog altijd – nota bene bij gebrek aan degelijke branchegegevens – niet vaststaat dat het ook werkt. Een middel, geen doel. Dat doel is het tegengaan van de leesklimaatverandering. Het belang van lezen voor de individuele ontwikkeling, en mutatis mutandis voor de samenleving als geheel, is nu wel stevig genoeg onderbouwd. Blijven we wegkijken van wat er aan de hand is, dan doen we dat ten koste van onszelf, maar vooral van de komende generaties.
Bewerkingsgeschiedenis
- 4 februari 2014: Zin toegevoegd (“Ook signaleert hij .. rijk van worden.”). Figuur daling boekhandels uit NRC toegevoegd. Tussenkop “Schrijvers: Neêrlands hoop in bange dagen?” toegevoegd.
Het boekenvak en de leesklimaatverandering by Frank Huysmans is licensed under a Creative Commons Attribution 4.0 International License.
Beste Frank,
Dank voor je uitvoerige reactie naar aanleiding van het artikel dat ik op verzoek van NRC schreef over de dreigende teloorgang van het Polare-concern. Bij wijze van dupliek zou ik mij tot twee punten beperken:
1) Ik heb slechts willen beweren dat deze dreigende ondergang in hoofdzaak het gevolg is van bedrijfseconomische en bedrijfsspecifieke factoren, en van oorzaken die voor de retailsector als geheel gelden. De markt voor het algemene boek staat er zelfs relatief gunstiger voor dan de retail als geheel. Dat is de kern van mijn korte bijdrage, en die kern zie ik door jouw observaties niet bestreden.
2) Ik ontken helemaal niet dat de cultuur van het lezen bedreigd wordt. Ik stel zelfs dat het overheidsbeleid op het terrein van het openbaar bibliotheekwerk, de inhoudelijke verschraling in het primair en secundair onderwijs, alsmede de voortschrijdende bezuinigingen op het terrein van de letteren die cultuur van het lezen onnodig achteruit helpen. Kortom, ik stel het aan de kaak, jij registreert het slechts.
Wat je over de situatie bij een aantal boekhandels in De Haag vertelt (Houtschild, Buddenbrooks, Verwijs) laat zich van een aantal achtergronden en verklaringen voorzien, waarvan je kennelijk niet op de hoogte bent, die je vermoedelijk ook niet kunt weten. We kunnen het daar allicht nog eens nader over hebben.
Het treurige van het overheidsbeleid op het punt van het lezen van boeken is dat de verminderde participatie daaraan (in het onderwijs, door het massapubliek en door bibliotheekgebruikers) door overheden als basis – misschien zelfs als rechtvaardiging! – wordt gebruikt om bijvoorbeeld schaamteloos op het openbare bibliotheekwerk te bezuinigen, in plaats van met vereende krachten te redden wat er te redden valt. De leesklimaatverandering, zoals jij dat noemt, is geen neutraal gegeven, maar het gevolg van officiële en institutionele verwaarlozing van de geschreven cultuur in Nederland.
Eerlijk gezegd begrijp ik niet dat dit gegeven bij jou niet wat meer onlustgevoelens losmaakt en de bereidheid om een beetje terug te vechten. Jij verwijt mij wegkijken voor de veranderingen, ik verwijt jou wegkijken voor de oorzaken en de gevolgen.
Voor het overige willen wij geloof ik hetzelfde, alleen wil ik het niet alleen voor mijzelf en mijn naasten, maar ook voor de rest van Nederland. Laat dat een verklaring zijn voor mijn missiedrang, die jou kennelijk stoort.
Met vriendschappelijke groet,
Maarten Asscher
Beste Maarten, dank voor jouw uitvoerige reactie. Ik zie dat we het op een flink aantal punten eens zijn. Met name wat betreft het overheidsbeleid rond bibliotheken en onderwijs. Wat natuurlijk niet helpt is dat het bibliotheekbeleid zo gefragmenteerd is – lokaal beleid – en het landelijke niveau het niet aandurft om wettelijk vast te leggen dat elke gemeente een bibliotheekvoorziening met een aantal kernfuncties in stand dient te houden. Sowieso zou een geïntegreerde beleidsbenadering vanuit onderwijs én cultuur gemeenschappelijk meer zoden aan de dijk zetten.
Ik ben wel van mening dat het niet helpt om bij elke boekhandel en keten die omvalt de specifieke omstandigheden te benadrukken. Ik laat me graag bijpraten over de situaties bij Houtschild et cetera in Den Haag, maar in de kern is een dalende omzet en belangstelling voor ‘het boek’ toch wel oorzaak van het wegvallen van de brede beschikbaarheid. Dat die dalende belangstelling ook weer oorzaken heeft, bestrijd ik uiteraard niet. Ik vind dat koepels van uitgevers, boekhandels, auteurs en bibliotheken incl. CPNB hun nu eens gezamenlijk zouden moeten optrekken om bij de gemeenten en in Den Haag het probleem aan te kaarten, om het beleid in een meer leesbevorderende richting te krijgen.
hartelijks, Frank
[…] Het gaat niet goed met het boek in Nederland. Boekhandels sluiten, bibliotheken worden wegbezuinigd, boekenclubs gaan op de fles. ’s Lands meest prestigieuze boekenketen Selexyz ging failliet, werd door een investeerder samengevoegd met ramsj- en antiquariaatketen De Slegte onder de nieuwe naam Polare, en die keten staat nu weer voor de afgrond. ‘Het kon beter’ is een understatement. […]
Beste Frank,
Hartelijk dank voor dit heldere stuk. (Beginnende) lezers, schrijvers en bibliotheken hebben het nodig!
Het treurige overheidsbeleid dat Maarten Asscher noemt en het gebrek aan een gezamenlijke aanpak waar je aan refereert in jouw antwoord, zie ik als oorzaak en gevolg van dit probleem: het ondermijnen van de (lees)cultuur .
Het gebrek aan een goede en gezamenlijke overheidsbeleid vraagt een proactieve houding en gecoördineerde acties van alle betrokkenen.
Ik weet niet of de Nederlandse auteurs alleen onze levens gaan redden.
Bij deze ter inspiratie in ieder geval een interessante actie die jij misschien al kent vanuit de bibliotheek : ‘Authors for Library Ebooks campaign’/ http://www.ala.org/transforminglibraries/a4le
Amerikaanse Auteurs hebben zich ingezet voor een eerlijke toegang tot e-books die voor bibliotheken in de meeste gevallen 150 to 500% meer kosten dan voor de individuele lezer.
Deze acties van Nederlandse en Amerikaanse auteurs hebben iets gemeenschappelijk, want het gaat erom dat
‘Literature and knowledge—in all their forms—are essential. We must protect access to them for all people (through libraries). Stand (with libraries) as we seek sustainable solutions for our nation’s readers, thinkers, writers and dreamers’
Hartelijke groet,
Elvira Caneda Cabrera
Beste Frank en Maarten,
Bij Stichting Lezen hebben we jullie discussie met interesse gevolgd. Jullie roep om de noodzaak van een integraal leesbevorderingsbeleid, waarin bibliotheek, boekhandel, het onderwijs en de kinderopvang de handen ineen slaan, is ook ons uit het hart gegrepen. Sterker nog, het was de aanleiding om vijfentwintig jaar geleden te komen tot de oprichting van Stichting Lezen.
Het bevorderen van het culturele lezen is een gevecht tegen de maatschappelijke trends in, zo lijkt het. Maar gelukkig zijn er ook successen te melden. Er wórdt op dit moment een netwerk gesmeed waarin lokale overheden, bibliotheken, Centra voor Jeugd & Gezin, de kinderopvang, het onderwijs en de boekhandel participeren. Dat gebeurt onder andere in de projecten Bibliotheek op school en BoekStart, die deel uitmaken van het programma Kunst van Lezen (uitgevoerd door Stichting Lezen en SIOB).
In de Bibliotheek op school wordt gewerkt aan een eigen bibliotheekvestiging voor basis- en middelbare scholen, die beschikt over een goede, actuele en diverse collectie en die wordt bemand door als leesbevorderaars opgeleide bibliothecarissen en leerkrachten. BoekStart heeft inmiddels geleid tot een toename van het aantal jeugdleden (in 2013 zijn er circa 50.000 baby’s lid geworden). BoekStart in de kinderopvang (nu op zo’n 600 locaties) wordt steeds breder ingezet. Dat gebeurt steeds vaker met volle steun van de gemeente. Dankzij BoekStart wordt zelfs 35% van de pasgeborenen lid van de bibliotheek.
Afgezet tegen een paar honderd babyleden vijf jaar geleden is dat spectaculair, maar er is nog veel te doen. CPNB werkt samen met Stichting Lezen; het thema leesbevordering is in het boekenvak ook op andere plaatsen geagendeerd. En de Leesmonitor, waarnaar Frank in zijn conclusie verwijst, is door Stichting Lezen in het leven geroepen om de(r)gelijke feiten over het belang van lezen bij iedereen, en niet in de laatste plaats in Den Haag, bekend te maken.
Dat er ruimte blijft bestaan om het beleid nog integraler en leesbevorderender te maken, onderschrijf ik. Taalachterstandenbeleid, onderwijsbeleid, cultuur- en leesbevorderingsbeleid werken in feite al aan een zelfde doel. Het is – juist in de huidige snel veranderende en digitaliserende wereld – zaak deze beleidslijnen te integreren en de middelen effectiever in te zetten zodat niemand, en zeker kinderen niet, beperkt raken in hun mogelijkheden om zich te ontwikkelen tot leesvaardige en gemotiveerde lezers.
Kortom: wie aan de oproep van Frank gehoor wil geven, of zich hoe dan ook wil inzetten voor leesbevordering, wende zich tot Stichting Lezen.
Met hartelijke groet,
Gerlien van Dalen,
Directeur Stichting Lezen
Beste Frank,
Kluuns bijdrage aan de discussie (zie link onder) is interessant. Zijn kern is: het lezen verandert en de boekenbranche reageert niet of reageert defensief. En voor Kluun is de boekenbranche zijn marketing- en verkoopapparaat. Als dat niet goed werkt zal hij andere wegen kiezen.
De reactie van de boekenbranche vind ik trouwens heel begrijpelijk. Want wie vindt het nou fijn om zijn vaste en vertrouwde bron van inkomsten te zien opdrogen? Niemand. En toch gaat het gebeuren.
Zoals muziekwinkels zijn verdwenen, zal het ook gaan met de boekwinkels. De markt voor papier wordt kleiner en voor digitaal groter. Als de VS ons voorland is en we uitkomen op 30% marktaandeel voor ebooks, dan gaat Kluuns voorspelling uitkomen. Ik vrees dat er in de toekomst helaas minder te verdienen is aan het papieren boek.
Gerard Meijer
http://www.volkskrant.nl/vk/nl/3184/opinie/article/detail/3592511/2014/02/10/En-dan-lezen-we-niet-meer-uren-achtereen-nou-en.dhtml