innovatie van de publieke informatievoorziening

De piraat is eigenlijk een parasiet

Foto: Kai Schreiber, Parasites (Flickr.com, cc by-sa 2.0)

Ik ben een piraat, jij bent een piraat. Hoeveel mensen doen het? E-books downloaden en uitwisselen terwijl dat eigenlijk niet mag? Je kunt het ze vragen. Maar of je dan eerlijk antwoord krijgt? Hoewel, door het precedent van de muziek- en filmuitwisseling via Napster, Kazaa, BitTorrent, LimeWire en Pirate Bay zijn we die gêne misschien wel voorbij.

Een onderzoek van het Amsterdamse Instituut voor Informatierecht en het Tilburgse CentERdata naar het downloaden van muziek, films en series, games en boeken schetste in 2012 een geruststellend beeld. De ruim 2000 Nederlanders vanaf 16 jaar die werden ondervraagd, geven aan dat ze voor al die soorten content veel vaker naar de winkel gaan of downloaden/streamen uit legale bron dan dat ze dat laatste uit illegale bron doen. Slechts 6,3% van onze landgenoten zou wel eens torrentsites afstruinen op zoek naar e-books. Omdat deze mensen in grote meerderheid ook legaal kopen of downloaden, zou het percentage exclusieve e-bookpiraten slechts 0,4% bedragen.

Psssst…! E-bookjes hebben?

Een omissie in dit onderzoek is dat een veelvoorkomende wijze van auteursrechtschending niet is onderzocht: het onderling uitruilen van bestanden op schijfjes en sticks. Eenmaal van een torrentsite geplukt, is een bestand met duizenden boeken in no time onderweg naar familie en vrienden (en vervolgens naar hún familie en vrienden) die zelf niet op het idee zouden komen om op ‘dutch ebooks torrent’ te googelen.
Het beeld is ook in die zin vertekend dat een belangrijk deel van de bevolking geen e-books leest. Een ander recent onderzoek in opdracht van Stichting Marktonderzoek Boekenvak geeft uitgevers en boekverkopers een minder geruststellend beeld. De groep die ‘ten minste soms’ e-books leest, kreeg hier enkele nadere vragen voorgelegd.

Eenmaal van een torrentsite geplukt, is een bestand met duizenden boeken in no time onderweg naar familie en vrienden (en vervolgens naar hún familie en vrienden) die zelf niet op het idee zouden komen om op ‘dutch ebooks torrent’ te googelen.

Van alle mogelijke antwoorden op de vraag hoeveel digitale boeken men per jaar verkrijgt, en hoe, scoorde ‘van iemand gekopieerd/met iemand geruild’ het hoogst. Op twee en drie eindigden het gratis legaal en gratis illegaal downloaden. In deze categorieën gaat het gezamenlijk om zo’n twintig stuks. Daartegenover scoort ‘gekocht bij boekwinkel op internet’ een schamele drie boeken jaarlijks. In overeenstemming hiermee zeggen deze mensen dat, sinds ze zijn begonnen met het lezen van digitale boeken, zij overwegend meer boeken ‘op de een of andere manier in bezit krijgen’ en meer tijd besteden aan lezen, maar dat het aantal (papieren én digitale) boeken dat zij kopen of lenen sindsdien is afgenomen.

Veertienduizend e-pubs

Waarnemers uit de boekenbranche maken zelf geregeld melding van wat zij in hun eigen omgeving zijn tegengekomen. Er circuleert op fysieke dragers een gecombineerd bestand van rechtenvrije én beschermde werken in e-pubformaat dat almaar aangroeit. Het laatste getal dat op Twitter voorbijkwam, was 14.000 titels. Daaronder veel populaire (voormalige) bestsellers van onder meer Appie Baantjer, Dan Brown, Karin Slaughter, Maeve Binchy en Stephen King.

Als piraterij inderdaad zoveel voorkomt, is het verleidelijk om te concluderen dat er niet tegen te vechten valt. Maar de ervaring in de muziek- en filmbranche leert het tegenovergestelde. Daar bleek er wel degelijk een markt te zijn voor betaalde digitale content toen het aanbod er eenmaal was. Lang probeerden de grote platen- en filmmaatschappijen vast te houden aan hun cd’s en dvd’s en de digitale verspreiding met juridische middelen tegen te gaan. Totdat Apple en anderen die digitale verspreiding juist omarmden en consumenten in groten getale bereid bleken ervoor te betalen. Enquêtes laten in meerderheid zien dat dit ook voor e-books zou kunnen gaan gelden. Mits de prijzen dalen en er geen hindernissen in de vorm van digital rights management (DRM) zitten ingebouwd.

Piraten en parasieten

Al met al zijn het revolutionaire tijden voor het boekenvak. In de onderzoeksrapporten klinkt die turbulentie door. Nooit eerder is het intellectuele eigendomsrecht zo eenvoudig en op zo grote schaal ontdoken. Het is echter een misvatting dat piraterij pas met de digitalisering haar intrede in de Republiek der Letteren heeft gedaan. Het is er al zo lang als er gedrukte boeken bestaan. Gutenbergs uitvinding stelde de wereldlijke en kerkelijke machthebbers voor een flinke uitdaging. Met licenties, patenten en registers werd gepoogd het nieuwe ambacht in bestaande beheersstructuren te vangen. Dat lukte heel aardig, maar zeker niet volledig. Zoals Adrian Johns in zijn monumentale cultuurgeschiedenis Piracy laat zien, heeft de piraterij van de twintigste eeuw op radio, televisie, cd’s en dvd’s haar wortels in de vijf eeuwen ervoor. In de vroegmoderne tijd hield men zich aardig aan de ongeschreven regels van het drukkersambacht om een eenmaal door een vakgenoot in de drukkersregisters ingeschreven werk ongemoeid te laten. In meer turbulente tijden, zoals de achttiende eeuw, verspreidde de Verlichting zich massaal via ongeoorloofde herdrukken. Piraterij was er in diverse gedaanten en variërende omvang, maar ze was er altijd.

De figuur van de piraat is er een die zich verzet tegen de heersende orde en zich andermans eigendom wederrechtelijk toe-eigent. De harde kern van de filesharers past zeker binnen deze traditie van burgerlijke ongehoorzaamheid tegen als onrechtmatig ervaren wetten. Toch is er veel voor te zeggen om de meer consumptieve downloaders onder een andere noemer te vangen: die van de parasiet.
De Franse filosoof Michel Serres heeft laten zien hoe in de geschiedenis van de mensheid het parasiteren, het mee-eten, veel gewoner is dan we algemeen aannemen. Een parasiet kan niet zonder een gastheer. Maar de gastheer (of -dame uiteraard) is veel vaker zelf parasiet dan hij (zij) zal willen toegeven. Een auteur, ‘rechthebbende’, parasiteert zelf op de cultuur waaruit hij is voortgekomen. Hij leerde en leende de woorden, de verhalen, de geschiedenis en creëerde daaruit iets nieuws, waarop weer anderen parasiteren door het zich illegaal toe te eigenen en verder te verspreiden. Zo bezien profiteren we allen van de rijk gevulde ruif van onze cultuur. En moeten we piraten en parasieten danken dat ze ons dat blijven voorhouden.

Dit artikel is het zesde in een reeks over auteursrecht en bibliotheken in het digitale tijdperk en verscheen ook in Bibliotheekblad 1, 2013. De eerdere delen stonden in Bibliotheekblad 7 t/m 10 en 12, 2012 en in de rubriek Spotlight op www.bibliotheekblad.nl.

Voor dit artikel is gebruikgemaakt van:
– Adrian Johns (2009), Piracy: the intellectual property wars from Gutenberg to Gates. Chicago/London: University of Chicago Press.
– Instituut voor Informatierecht/CentERdata (2012, 16 oktober). Filesharing 2©12: downloaden in Nederland. Amsterdam: Instituut voor Informatierecht/Tilburg: CentERdata (Geraadpleegd 6 december 2012).
– Michel Serres (1997 [1980]), Le parasite. Paris: Pluriel.
– Stichting Marktonderzoek Boekenvak/GfK (2012, mei). Boekenbranche: kwantitatief onderzoek naar digitale en niet-digitale lezers. (Geraadpleegd 6 december 2012.)

Bewerking 2 juni 2019: dode links aangepast en kleine tekstuele wijziging om aan te geven dat het rapport Filesharing 2012 inmiddels niet meer zo recent is.

Creative Commons License
De piraat is eigenlijk een parasiet by Frank Huysmans is licensed under a Creative Commons Attribution 4.0 International License.

Posted by Frank Huysmans on 9 januari 2013 | Posted in vakpublicaties, WareKennis | Tagged , , , , , , | Reactie

Digital rights management

Dé manier om in het digitale tijdperk auteursrechtelijk beschermd materiaal te beschermen tegen ongeoorloofd kopiëren en verspreiden heet digital rights management (DRM). Toch staat deze techniek, bij consumenten én producenten, ter discussie.

U mag dit lezen, mits…

Al jaren koopt en bestelt u boeken bij dezelfde boekhandel. De nieuwste titels zijn er altijd op voorraad. U kent het personeel en het personeel kent u. Telkens keert u huiswaarts met een stapel nieuwe titels aangevuld met verse ramsj. Maar vandaag vraagt men u bij de kassa een verklaring te ondertekenen. U mag de boeken tegen betaling meenemen, als u het volgende goed in uw oren knoopt:

  • De boeken worden niet uw eigendom. U koopt alleen de inhoud en die inhoud behoort alleen u toe. Het is niet toegestaan dat uw huisgenoten de boeken ook lezen. Uitlenen aan vrienden en kennissen is helemaal uit den boze.
  • U wordt uitsluitend eigenaar van de inhoud van de boeken voor zolang u leeft. Bij uw overlijden maken ze geen deel uit van uw erfenis en dienen ze aan de boekhandel te worden geretourneerd.
  • Mocht op enig moment in de toekomst blijken dat de boekhandel op het moment van verkoop niet gerechtigd was de inhoud aan u te verkopen, dan vervalt uw eigendomsrecht op de aangeschafte inhoud en worden de boeken bij u aan de deur teruggevorderd.

Deze boekhandelaar krijgt waarschijnlijk van u te horen dat hij uw achterwerk kan kussen. Tenzij deze boekhandelaar Amazon of Bol heet en u er regelmatig e-boeken aanschaft. Want dan bent u met deze of soortgelijke voorwaarden akkoord gegaan. Zonder dat u het wist, omdat u geen zin en tijd had om de ettelijke pagina’s licentievoorwaarden door te lezen. U klikte, zoals u dat ook bij software upgrades doet, op ‘Ik ga akkoord’. Daarmee accepteerde u dat u niet de eigenaar van de bestanden werd. U kocht slechts een ‘gebruiksrecht’. Wat u ook niet wist, was dat de bestanden stukjes code bevatten die het mogelijk maken dat e-boeken van uw e-reader gewist kunnen worden zonder dat u daar iets aan kunt doen.

Technologisch antwoord

De techniek die dit mogelijk maakt, heet digital rights management, kortweg DRM. Het is een technologisch antwoord op de perfecte kopieerbaarheid van digitale content (foto’s, films, muziek, boeken, kranten, tijdschriften of software). Het kan gebruikers ervan weerhouden kopieën te maken en die aan vrienden uit te delen. Het maakt het ook mogelijk om gebruiksrechten op content in de tijd te beperken. Ook het verhuren van digitale bestanden komt binnen bereik: na een vastgestelde periode verdwijnt de content van het apparaat waarop het werd binnengehaald.

In de verkoop van e-boeken is DRM zo mogelijk nog meer een steen des aanstoots gebleken dan in de muziek- en filmbusiness.

DRM is dus ook een manier om verhuur (commercieel) of uitleen (non-commercieel) van e-boeken mogelijk te maken. In dit opzicht is het een vriend van de bibliotheek. Bibliotheken kunnen, gebruikmakend van DRM, de rechthebbenden garanderen dat een boek na uitlening weer wordt geretourneerd zonder dat het kan worden gekopieerd. Althans: ervan uitgaande dat de gebruikers de hun toegekende rechten zullen respecteren. Daarin schuilt een belangrijk probleem. Sinds er DRM is, zijn er gebruikers die proberen de techniek te omzeilen door haar te kraken. Uit verontwaardiging omdat de aanbieder de gebruiker per definitie wantrouwt, of om geld te besparen. Omdat het kraken van een code een uitdaging is, of gewoon omdat het kan. Met als gevolg dat organisaties van rechthebbenden in de muziek-, film- en uitgeefindustrie aandringen op wetgeving die het kraken van DRM strafbaar stelt. Wat op hetzelfde neerkomt als het invoeren van een verbod op het gebruik van koevoeten, als blijkt dat inbreken, ondanks het verbod daarop, toch voorkomt.

Middel erger dan kwaal?

Critici van DRM, onder wie de Amerikaanse jurist Pam Samuelson (‘the main purpose of DRM is not to prevent copyright infringement but to change consumer expectations about what they are entitled to do with digital content’), stellen dat DRM de rechten van gebruikers te sterk inperkt.

Bron: http://www.examiner.com/images/blog/wysiwyg/image/DRM-CD.jpg

Gebruiksmogelijkheden die volgens het auteursrecht zijn toegestaan, worden ermee onmogelijk gemaakt. Zo is het in de meeste rechtssystemen geoorloofd om voor eigen gebruik kopieën van een aangeschaft werk te maken. DRM-systemen die in de muziekindustrie korte tijd opgeld deden, maakten dat onmogelijk. Cd’s die met copy control waren uitgerust, konden in een computer alleen worden afgespeeld met op die cd meegeleverde software. Het maken van een legitieme kopie op de harde schijf was daardoor niet meer mogelijk. De prikkel om de copy control buiten werking te stellen werd als het ware met de DRM meegeleverd.
In de verkoop van e-boeken is DRM zo mogelijk nog meer een steen des aanstoots gebleken dan in de muziek- en filmbusiness. De gebruiksmogelijkheden die we van fysieke boeken gewend waren – gezamenlijk gebruik in een huishouden, uitlenen aan vrienden, verkopen aan antiquairs – zijn voor e-boeken ineens buiten de wet geplaatst. Een verdere beperking is dat veel aanbieders naast DRM ook hun eigen, niet-uitwisselbare bestandsformaten hanteren. Bij Amazon aangeschafte e-boeken zijn niet op de Apple iPad te lezen en iBooks niet op Amazons Kindle. Tenzij je je de moeite getroost om al je e-boeken naar een open standaard te converteren met op internet gratis verkrijgbare (en legale) software. Dan zijn er nog de talloze verhalen van boekenliefhebbers die na een update van het besturingssysteem ineens al hun netjes aangeschafte e-boeken niet meer konden openen. Waarna zij in de gevreesde maalstroom van klantenservice en callcenters terechtkwamen.

Social DRM

Digital rights management wordt in de uitgeverswereld steeds vaker beschouwd als consumentonvriendelijk en op zijn best als een noodzakelijk kwaad. Het beperkt gebruikers in gebruiksmogelijkheden die vaak legitiem zijn én zodanig ingeburgerd dat men zich door de verkopende partij gewantrouwd voelt. De privacygevoelige registratie van gebruikersgegevens versterkt dit gevoel. Door softwareconflicten worden aangeschafte teksten geregeld onbruikbaar. Bovendien koppelen dominante aanbieders als Amazon en Apple DRM aan hun eigen specifieke bestandsformaten, waardoor het overstappen naar een concurrent – laat staan het combineren van titels van verschillende aanbieders – wordt tegengewerkt. Er zijn dan ook uitgevers die DRM al hebben afgezworen. Wie boeken aan anderen wil doorgeven, vindt toch wel een omweg, menen zij. Ervan uitgaand dat de grote meerderheid dit niet zal doen, betaalt een consumentvriendelijker benadering zich op termijn uit.
Andere uitgevers verkennen de mogelijkheden van social DRM of watermarking. Door een digitaal bestand te voorzien van een digitaal watermerk, met daarin de naam van de klant die het als eerste verspreidde, gokt men erop dat sociale druk mensen ervan zal weerhouden de stap naar ongeoorloofde verspreiding te zetten. Uiteraard is voor een handige hacker ook deze vorm van beveiliging geen serieuze hindernis. Maar die zal, zo hoopt men, zijn tanden liever in kraken met meer prestige zetten.

Dit artikel verscheen ook in nummer 12, 2012 van Bibliotheekblad en is het vijfde in een reeks over auteursrecht en bibliotheken in het digitale tijdperk. De eerdere delen stonden in Bibliotheekblad 7 t/m 10 en in de rubriek Spotlight op www.bibliotheekblad.nl.

Voor dit artikel is gebruik gemaakt van:
– Natali Helberger (red.), Digital rights management and consumer acceptability. www.indicare.org, geraadpleegd 31 oktober 2012.
– Adrian Johns, Piracy: The intellectual property wars from Gutenberg to Gates, University of Chicago Press, 2009.
– Pamela Samuelson, ‘DRM {and, or, vs.} the law’, Communications of the ACM, 46 (4, april 2003), 41-45.
Comparison of e-book formats – Wikipedia, the free encyclopedia, geraadpleegd 31 oktober 2012.

Creative Commons License
Digital rights management by Frank Huysmans is licensed under a Creative Commons Attribution 4.0 International License.

Posted by Frank Huysmans on 30 november 2012 | Posted in vakpublicaties, WareKennis | Tagged , , | Reactie

Copyleft en activisme: kan auteursrecht worden afgeschaft?

copyleft

Internet werpt gevestigde verhoudingen omver, ook in de boekenwereld. Tot ongenoegen van degenen die het meest te verliezen hebben. Hoe verloopt de strijd tussen voorstanders, tegenstanders en hervormers van het auteursrecht?

Wij zijn de makers!

Onder het motto ‘wij zijn de makers!’ tekenen Duitse auteurs en kunstenaars op 10 mei 2012 in weekblad Die Zeit protest aan tegen wat zij noemen de ‘diefstal van geestelijk eigendom’ op internet. (Zie onder andere de artikelen ‘Wir sind die Urheber‘ en ‘Die Attacke: Wie die Künstler um ihre Rechte kämpfen‘.) Het auteursrecht, een ‘historische verworvenheid van burgerlijke vrijheid tegenover feodale afhankelijkheid’, wordt in hun ogen bedreigd. Bedreigd door de nieuwe digitale realiteit die de gratis uitwisseling van cultuuruitingen tot norm heeft gemaakt. Dat zelfbenoemde ‘piraten’ de afschaffing van het auteursrecht onontkoombaar achten, is de auteurs helemaal een doorn in het oog. Het moet volgens hen juist worden versterkt. Het is niet louter een kreet van nog met ganzenveren of op typemachines schrijvende grijsaards. Ook jongere sterren als Julia Franck, Daniel Kehlmann en Charlotte Roche ondertekenden de verklaring.

Bescherming van geestelijk eigendom met wetten uit het pre-internettijdperk dreigt met het internationale handelsverdrag ACTA te ontaarden in grootschalige privacyschendingen van iedereen die online is.

Al de volgende dag zijn er de voorspelbare tegenreacties. Het hackerscollectief Anonymous zet doodleuk de privégegevens van ondertekenende auteurs op het web. Een andere groep begint een blog onder de titel wir sind filesharer! (‘Wir scheissen auf euer geistiges Eigentum. (…) Wir kämpfen einen Copyfight. Und wir gewinnen.’). En er is een meer gematigde petitie onder het motto ‘wij zijn de burgers’. De ondertekenaars daarvan pleiten voor een hervorming van het auteursrecht. Hun stelling is dat de meeste mensen best bereid zijn kunstenaars te belonen voor hun werk. Maar dan wel zo dat het direct in de zakken van die kunstenaars terecht komt en niet dient om een distributieketen in stand te houden.

Ook de aanpak van auteursrechtschendingen is een steen des aanstoots. Bescherming van geestelijk eigendom met wetten uit het pre-internettijdperk dreigt met het internationale handelsverdrag ACTA te ontaarden in grootschalige privacyschendingen van iedereen die online is. Inclusief van de zeer velen die nog nooit een roofkopie hebben binnengehaald. Uiteindelijk leidt het protest – mailboxen van Kamerleden en Europarlementariërs stromen vol met protestmails – aan het begin van de zomer tot het niet ratificeren van ACTA door Nederland en de Europese Unie.

Afschaffen, aanpassen of ondermijnen?

Bijzonder aan de confrontatie tussen voor- en tegenstanders van het auteursrecht in zijn huidige vorm is dat de tegenstanders zo talrijk zijn. Ze hebben met laptop, internet en uitwisselingsplatforms de middelen in handen om het de voorstanders erg heet onder de voeten te maken. Zoals het Duitse voorbeeld laat zien, is de diversiteit binnen de groep groot. De bandbreedte loopt van puur consumentisme (hoe kom ik gratis aan boeken, muziek en films?) tot uitgesproken politieke stellingnames. Met de volgende smaken: auteursrecht moet a) worden afgeschaft, b) aan de digitale werkelijkheid worden aangepast, en c) zichzelf van binnenuit opblazen.

Van deze opties is optie c) het slimst en geniepigst. In de vorige aflevering in deze artikelenserie zagen we al dat Creative Commons binnen het auteursrecht opereert met als doel het minder stringent te maken. Het biedt de makers een zestal standaardlicenties die zij op hun werk kunnen plakken. Met als doel het bevorderen van verspreiding en hergebruik van dat werk. Creative Commons is voor een belangrijk deel geïnspireerd door de free software movement. ‘Free’ staat daarin niet voor gratis (al is veel software wel zonder kosten te bekomen) maar voor ‘vrij’ in de democratisch-normatieve betekenis. Het was en is programmeerders een doorn in het oog dat zij bij het schrijven van programma’s ertegenaan lopen dat veel ideeën zijn gepatenteerd. Waar een uitvinder op zijn minst een prototype van een vinding moet kunnen tonen, al is het alleen maar als ontwerp op papier, is bij software een idee al voldoende. De programmeercode om het idee ook te laten werken, hoeft er niet eens te worden bijgeleverd. De creatieve vrijheid van programmeurs om iets nieuws te maken wordt zo sterk ingeperkt. Het is te vergelijken met een situatie waarin een Multatuli zijn Batavus Droogstoppel niet ten tonele kan voeren, omdat iemand voor hem al het type van de kwezelige, egoïstische, bekrompen zakenman heeft laten patenteren.

Copyleft

In een poging de vrijheidsverstikkende werking van het intellectuele eigendomsrecht een halt toe te roepen, heeft de Amerikaanse programmeur en activist Richard Stallman samen met juristen de GNU General Public License (GPL) ontwikkeld. GNU staat daarbij voor een project waarin een open computerbesturingssysteem werd ontwikkeld. De General Public License bepaalt dat iedere gebruiker de vrijheid heeft om veranderingen in de code aan te brengen. Bijvoorbeeld om het voor eigen doeleinden bruikbaarder te maken. De enige voorwaarde is dat als die veranderingen weer met anderen worden gedeeld, dit onder dezelfde licentie gebeurt. In de praktijk blijkt dit een krachtig mechanisme om ontwikkeling en gebruik van open software te bevorderen. Creative Commons heeft het idee dan ook overgenomen met de share alike (GelijkDelen)-optie. Het alternatieve en ondermijnende karakter van de licentie komt semantisch mooi tot uitdrukking in de naam copyleft en iconisch in het verticaal gespiegelde copyrightlogo.
‘To copyleft a program, we first state that it is copyrighted; then we add distribution terms, which are a legal instrument that gives everyone the rights to use, modify, and redistribute the program’s code, or any program derived from it, but only if the distribution terms are unchanged. Thus, the code and the freedoms become legally inseparable. Proprietary software developers use copyright to take away the users’ freedom; we use copyright to guarantee their freedom. That’s why we reverse the name, changing “copyright” into “copyleft”.’ (Richard M. Stallman, ‘What is Copyleft?’ In: Free Software, Free Society: Selected Essays by Richard M. Stallman (p. 127). Boston: Free Software Foundation.)

Programma’s, tekst en beeld

Een programmacode is iets anders dan tekst (fictie en non-fictie) of beeld. Is zoiets als copyleft/GelijkDelen wel overdraagbaar naar en bruikbaar voor de verspreiding van tekst, in het bijzonder boeken? Wie Wikipedia opent, ziet onderaan elke pagina dat alle tekst in principe onder een Creative Commons Auteursvermelding-GelijkDelen-licentie is vrijgegeven (met soms aanvullende voorwaarden). De erbij getoonde illustraties zijn meestal eveneens via een CC-licentie beschikbaar. Critici stellen dat op basis van dergelijke licenties geen levensvatbaar business model mogelijk is. De tijd zal moeten leren of zij gelijk hebben. Het is zeer wel voorstelbaar dat auteurs goed kunnen leven van publieke optredens of tekstuele schnabbels die zij binnenhalen op basis van de via vrije verspreiding opgebouwde reputatie. Ook het systeem van de vrijwillige donatie (‘Hebt u van dit boek genoten? Overweeg dan een kleine bijdrage op rekening …’) blijkt in een aantal gevallen goed te werken. Misschien heeft de directe koppeling tussen tekstuele productie en inkomen haar langste tijd gehad. En blijkt de ‘diefstal van geestelijk eigendom’ voor makers achteraf een blessing in disguise te zijn geweest.

Dit artikel verscheen ook in nummer 10, 2012 van Bibliotheekblad en is het vierde in een reeks over auteursrecht en bibliotheken in het digitale tijdperk. De eerdere delen stonden in Bibliotheekblad 7, 8 en 9.

Voor dit artikel is gebruik gemaakt van het geciteerde boek van Richard M. Stallman en diverse websites, in het bijzonder www.gnu.org/copyleft/gpl.html, www.zeit.de en http://wikimediafoundation.org/wiki/Terms_of_use.

Creative Commons License
Copyleft en activisme: kan auteursrecht worden afgeschaft? by Frank Huysmans is licensed under a Creative Commons Attribution 4.0 International License.

Posted by Frank Huysmans on 1 oktober 2012 | Posted in vakpublicaties, WareKennis | Tagged , , | Reactie