innovatie van de publieke informatievoorziening

In de rebound: leenrecht niet voor e-books

Zak geld

Vandaag heeft minister van OCW Bussemaker de Tweede Kamer een onderzoeksrapport aangeboden van SEO Economisch Onderzoek en het Instituut voor Informatierecht (IvIR) van mijn geliefde Universiteit van Amsterdam. Daarin wordt nog eens gesteld, maar nu ook echt degelijk onderbouwd, dat het hier te lande geldende auteursrecht geen (lees: GEEN) mogelijkheid biedt om het uitlenen van e-books door openbare bibliotheken onder de leenrecht-exceptie te laten vallen. In gewoon Nederlands: als openbare bibliotheken e-books willen uitlenen, zullen ze, gewapend met een flinke zak geld, met de rechthebbenden om de tafel moeten om zulks ook te mogen (lees: MOGEN). Dit in tegenstelling tot het aanschaffen en uitlenen van tastbare, op papier gedrukte boeken – die mogen ze wel (lees: WEL) zonder toestemming van de rechthebbenden uitlenen, mits ze een billijke vergoeding daarvoor afdragen. De aanbiedingsbrief van Bussemaker vindt u HIERRR, het SEO/IvIR-rapport zelf HIERRR.

Nederland en Europa

De minister schrijft in haar aanbiedingsbrief twee interessante dingen. Voor nationaal gebruik: “Dit betekent dat het uitlenen van e-content door openbare bibliotheken zal moeten plaatsvinden op basis van contractuele afspraken tussen betrokken partijen zoals auteurs, uitgevers, rechtenorganisaties, distributeurs en bibliotheken. Met deze bevindingen en conclusies houd ik rekening bij de aangekondigde bibliotheekwetgeving, die u na de zomer krijgt toegezonden.”
En voor Brussel: “In Europees verband wordt langs verschillende lijnen aandacht gegeven aan de transitie van openbare bibliotheken van fysiek naar digitaal. Waar mogelijk zal ik bepleiten dat daarbij ook het onderwerp ‘e-lending en openbare bibliotheken’ op de agenda komt.”

“Het uitlenen van e-content door openbare bibliotheken zal moeten plaatsvinden op basis van contractuele afspraken tussen betrokken partijen zoals auteurs, uitgevers, rechtenorganisaties, distributeurs en bibliotheken.”

Het is ruim twee jaar geleden dat dit stuk van Christiaan Alberdingk Thijm en mij verscheen in het Financieele Dagblad. Om onze bondscoach te parafraseren: waren wij nu zo snel of zijn anderen nu zo langzaam? Laten we het er op houden dat we een vooruitziende blik hebben gehad. En overigens ben ik van mening dat het Noorse model alle aandacht verdient, niet in het minst op de algemene ledenvergadering van de VOB komende donderdag 28 februari. Echt mensen: maak serieus werk van collectieve afkoop van rechten voor de long tail. Doe het.

Creative Commons License
In de rebound: leenrecht niet voor e-books by Frank Huysmans is licensed under a Creative Commons Attribution 4.0 International License.

Posted by Frank Huysmans on 27 februari 2013 | Posted in beleid, opinie | Tagged , , , | Reactie

Je bent wat je leest. Wat je leest is bekend


E-bookverkopers en anderen weten een heleboel over hun klanten en hun leesgedrag. Wat doen zij met die gegevens en in hoeverre tast dat de privacy aan? Nu boeken ook digitaal worden gedistribueerd, kan het gebruik ervan tot in voorheen ongekend detail worden gemonitord en geregistreerd.

Lezen we al die gekochte of geleende boeken eigenlijk wel? In het papieren tijdperk moesten auteurs, uitgevers, boekverkopers en bibliothecarissen gissen wat er met een exemplaar van een boek gebeurde als het eenmaal was verkocht of uitgeleend. Werd het van kaft tot kaft gelezen, na dertig pagina’s definitief dichtgeklapt, of zelfs helemaal niet geopend? Werd het alleen door de koper/lener of ook door diens huisgenoten, vrienden en buren gelezen? Niemand die het kon zeggen. Maar nu boeken ook digitaal worden gedistribueerd, kan het gebruik ervan tot in voorheen ongekend detail worden gemonitord en geregistreerd. Gefundenes Fressen voor marketeers en wetenschappers. En voor lezers: als je dat wilt, krijg je voorgerekend hoeveel tijd je nog nodig hebt om je boek uit te lezen als je in hetzelfde tempo doorleest.

Lezen in de cloud

De overgang van papier naar digitaal opent ongekende mogelijkheden. E-bookverkopers zijn in de laatste paar jaar meer te weten gekomen over ons leesgedrag dan boekverkopers in alle jaren daarvoor sinds Gutenberg. Bijvoorbeeld dat non-fictieboeken, vooral de langere, vaker niet worden uitgelezen dan fictie. Vermoedens in die richting kunnen nu met harde cijfers worden gestaafd. Sterker, omdat de cijfers laten zien vanaf welk aantal pagina’s de belangstelling naar beneden duikelt, weten uitgevers en hun redacteuren nu ook wanneer ze hun auteurs kunnen laten ophouden met schrijven. Of juist niet: fictiesequels, zoals Stieg Larssons Millenniumtrilogie en Fifty Shades of Grey, kunnen niet lang genoeg zijn, gezien het feit dat velen die zonder tussenkomst van andere boeken in één ruk blijken uit te lezen.

E-bookverkopers zijn in de laatste paar jaar meer te weten gekomen over ons leesgedrag dan boekverkopers in alle jaren daarvoor sinds Gutenberg.

Lezen in de cloud wordt verkocht als ideale oplossing. De boeken die je koopt of huurt, worden op een server bewaard. Door in te loggen vanaf om het even welk apparaat heb je meteen toegang tot je boeken. Je kunt op je telefoon verder gaan waar je op je laptop was gebleven, want dat heeft het systeem voor je onthouden. Je gadgets synchroniseren is verleden tijd. Dat er ook nadelen kleven aan het in-de-wolk-lezen wordt er uiteraard niet bij verteld. De servers of je internetverbinding kunnen platliggen als je je net met je tablet op de bank hebt geïnstalleerd. En: reuzen als Google, Apple en Amazon kúnnen ooit failliet gaan en kleinere aanbieders kunnen dat zeker. Dan ben je in één klap je e-books en/of je leeshistorie kwijt.

Elke klant een marktsegment

Een verder nadeel: aanbieders als Amazon, Apple, Google en Kobo weten wel erg veel over jouw leesgedrag. Waarom registreren zij dit? Een belangrijke reden voor registratie is gelegen in de bescherming van intellectueel eigendom. Auteurs en uitgevers willen van de distributeurs de garantie dat hun handelswaar goed beschermd is tegen illegale verspreiding. Registratie is een eerste vereiste om bij auteursrechtinbreuk over te kunnen gaan tot vervolging. Ten tweede is er het gebruikelijke customer relationship management. Je moet als distributeur weten wie wat tegen welke prijs heeft gekocht om persoonsgerichte aanbevelingen te kunnen doen en om eventuele klachten goed af te kunnen handelen. De goudmijn aan gegevens over het leesgedrag is een derde reden. In de muziekindustrie liet Apple eerder zien dat een lagere verkoopprijs goed te billijken is als je in ruil daarvoor van elke individuele klant precies te weten komt waar diens muzikale voorkeuren liggen. Die klant kan voortaan een-op-een worden benaderd met informatie over nieuwe albums en aanbiedingen. Het vooruitzicht dat dit ook met boeken en ander leesvoer kan, is voor uitgevers een belangrijke reden om met de Amazons van deze wereld in zee te gaan.

Privacy en vertrouwde anderen

Op basis van de binnen de EU geldende privacyrichtlijn mag je als klant van e-bookverkopers onder meer verwachten:

  1. dat er niet meer informatie wordt verzameld dan noodzakelijk voor de gewone bedrijfsvoering;
  2. dat bedrijven met die informatie vertrouwelijk omgaan, dus niet uit de school klappen over jouw leesvoorkeuren;
  3. dat ze jouw gegevens op een deugdelijke manier beschermen, zodat ze niet door toedoen van al dan niet ethische hackers op straat komen te liggen;
  4. dat ze die gegevens niet zonder jouw toestemming aan derden verstrekken, bijvoorbeeld doorverkopen aan andere bedrijven.

Aan deze voorwaarden wordt door de bekendste e-bookretailers voldaan. Althans in woord en geschrift. Of dat ook in daad zo is, is een ander verhaal. Met name het vierde punt is boterzacht, getuige de gebruiksvoorwaarden en het privacybeleid van enkele retailers. Zo kent het Canadese Kobo zichzelf nogal wat vrijheid toe in het delen van zijn gegevens met ‘vertrouwde derden’ (trusted third parties), zoals boekhandelsketen Libris Blz. in Nederland. Bij bedrijfsovernames, fusies of joint ventures kunnen de data op andere partijen overgaan. In het belang van continuïteit van de dienstverlening, zoals het dan heet. Alle grote e-bookdistributeurs delen hun gegevens met de uitgevers van wie zij de content doorleveren. Die hebben – binnen de grenzen van de in het land van vestiging geldende privacywetgeving – ook weer de mogelijkheid om die gegevens met hun ‘vertrouwde anderen’ te delen.

Controle

Belangrijker is waarschijnlijk de vraag of privacywaakhonden de capaciteit bezitten om oneigenlijk gebruik van gegevens op te sporen en tegen te gaan. Ons College Bescherming Persoonsgegevens luidde de afgelopen jaren de noodklok. Met zijn 80 medewerkers is het in zijn toezicht op naleving van de wet niet opgewassen tegen de huidige explosie van gebruikersregistraties. Reden om je als lezer af te vragen of de wolkboekenverkoper voor jou ook een ‘vertrouwde derde’ is. Nederlanders realiseren zich net als andere Europeanen dat het vrijgeven van persoonlijke informatie meer en meer bij het moderne leven hoort. Niettemin maken drie op de vier Nederlanders zich daar wel zorgen over. Als het om publieke instituties gaat, vertrouwt men er wel op dat die verantwoordelijk met persoonlijke dataregistraties omgaan, maar als het om commerciële bedrijven gaat, overheerst wantrouwen. Ligt hier wellicht een kans voor de oude vertrouwde bibliotheek?

Dit artikel is het zevende in een reeks over auteursrecht en bibliotheken in het digitale tijdperk en verscheen ook in Bibliotheekblad 2, 2013. De eerdere delen stonden in Bibliotheekblad 7 t/m 10 en 12 (2012) en 1 (2013) en in de rubriek Spotlight op www.bibliotheekblad.nl.

Voor dit artikel zijn onder andere geraadpleegd:
– Alexandra Alter (2012). ‘Your E-Book is Reading You’. The Wall Street Journal (Europe Edition), 19 juli 2012. (Geraadpleegd op 6 januari 2013).
– Privacy policies van Amazon Kindle (VS), Apple iBooks (NL), Google Books (NL), Kobo (NL/Canada) en Yindo (NL).
Special Eurobarometer 359: Attitudes on Data Protection and Electronic Identity in the European Union (juni 2011; geraadpleegd op 6 januari 2013).

Creative Commons License
Je bent wat je leest. Wat je leest is bekend by Frank Huysmans is licensed under a Creative Commons Attribution 4.0 International License.

Posted by Frank Huysmans on 3 februari 2013 | Posted in vakpublicaties, WareKennis | Tagged , , , | Reactie

De piraat is eigenlijk een parasiet

Foto: Kai Schreiber, Parasites (Flickr.com, cc by-sa 2.0)

Ik ben een piraat, jij bent een piraat. Hoeveel mensen doen het? E-books downloaden en uitwisselen terwijl dat eigenlijk niet mag? Je kunt het ze vragen. Maar of je dan eerlijk antwoord krijgt? Hoewel, door het precedent van de muziek- en filmuitwisseling via Napster, Kazaa, BitTorrent, LimeWire en Pirate Bay zijn we die gêne misschien wel voorbij.

Een onderzoek van het Amsterdamse Instituut voor Informatierecht en het Tilburgse CentERdata naar het downloaden van muziek, films en series, games en boeken schetste in 2012 een geruststellend beeld. De ruim 2000 Nederlanders vanaf 16 jaar die werden ondervraagd, geven aan dat ze voor al die soorten content veel vaker naar de winkel gaan of downloaden/streamen uit legale bron dan dat ze dat laatste uit illegale bron doen. Slechts 6,3% van onze landgenoten zou wel eens torrentsites afstruinen op zoek naar e-books. Omdat deze mensen in grote meerderheid ook legaal kopen of downloaden, zou het percentage exclusieve e-bookpiraten slechts 0,4% bedragen.

Psssst…! E-bookjes hebben?

Een omissie in dit onderzoek is dat een veelvoorkomende wijze van auteursrechtschending niet is onderzocht: het onderling uitruilen van bestanden op schijfjes en sticks. Eenmaal van een torrentsite geplukt, is een bestand met duizenden boeken in no time onderweg naar familie en vrienden (en vervolgens naar hún familie en vrienden) die zelf niet op het idee zouden komen om op ‘dutch ebooks torrent’ te googelen.
Het beeld is ook in die zin vertekend dat een belangrijk deel van de bevolking geen e-books leest. Een ander recent onderzoek in opdracht van Stichting Marktonderzoek Boekenvak geeft uitgevers en boekverkopers een minder geruststellend beeld. De groep die ‘ten minste soms’ e-books leest, kreeg hier enkele nadere vragen voorgelegd.

Eenmaal van een torrentsite geplukt, is een bestand met duizenden boeken in no time onderweg naar familie en vrienden (en vervolgens naar hún familie en vrienden) die zelf niet op het idee zouden komen om op ‘dutch ebooks torrent’ te googelen.

Van alle mogelijke antwoorden op de vraag hoeveel digitale boeken men per jaar verkrijgt, en hoe, scoorde ‘van iemand gekopieerd/met iemand geruild’ het hoogst. Op twee en drie eindigden het gratis legaal en gratis illegaal downloaden. In deze categorieën gaat het gezamenlijk om zo’n twintig stuks. Daartegenover scoort ‘gekocht bij boekwinkel op internet’ een schamele drie boeken jaarlijks. In overeenstemming hiermee zeggen deze mensen dat, sinds ze zijn begonnen met het lezen van digitale boeken, zij overwegend meer boeken ‘op de een of andere manier in bezit krijgen’ en meer tijd besteden aan lezen, maar dat het aantal (papieren én digitale) boeken dat zij kopen of lenen sindsdien is afgenomen.

Veertienduizend e-pubs

Waarnemers uit de boekenbranche maken zelf geregeld melding van wat zij in hun eigen omgeving zijn tegengekomen. Er circuleert op fysieke dragers een gecombineerd bestand van rechtenvrije én beschermde werken in e-pubformaat dat almaar aangroeit. Het laatste getal dat op Twitter voorbijkwam, was 14.000 titels. Daaronder veel populaire (voormalige) bestsellers van onder meer Appie Baantjer, Dan Brown, Karin Slaughter, Maeve Binchy en Stephen King.

Als piraterij inderdaad zoveel voorkomt, is het verleidelijk om te concluderen dat er niet tegen te vechten valt. Maar de ervaring in de muziek- en filmbranche leert het tegenovergestelde. Daar bleek er wel degelijk een markt te zijn voor betaalde digitale content toen het aanbod er eenmaal was. Lang probeerden de grote platen- en filmmaatschappijen vast te houden aan hun cd’s en dvd’s en de digitale verspreiding met juridische middelen tegen te gaan. Totdat Apple en anderen die digitale verspreiding juist omarmden en consumenten in groten getale bereid bleken ervoor te betalen. Enquêtes laten in meerderheid zien dat dit ook voor e-books zou kunnen gaan gelden. Mits de prijzen dalen en er geen hindernissen in de vorm van digital rights management (DRM) zitten ingebouwd.

Piraten en parasieten

Al met al zijn het revolutionaire tijden voor het boekenvak. In de onderzoeksrapporten klinkt die turbulentie door. Nooit eerder is het intellectuele eigendomsrecht zo eenvoudig en op zo grote schaal ontdoken. Het is echter een misvatting dat piraterij pas met de digitalisering haar intrede in de Republiek der Letteren heeft gedaan. Het is er al zo lang als er gedrukte boeken bestaan. Gutenbergs uitvinding stelde de wereldlijke en kerkelijke machthebbers voor een flinke uitdaging. Met licenties, patenten en registers werd gepoogd het nieuwe ambacht in bestaande beheersstructuren te vangen. Dat lukte heel aardig, maar zeker niet volledig. Zoals Adrian Johns in zijn monumentale cultuurgeschiedenis Piracy laat zien, heeft de piraterij van de twintigste eeuw op radio, televisie, cd’s en dvd’s haar wortels in de vijf eeuwen ervoor. In de vroegmoderne tijd hield men zich aardig aan de ongeschreven regels van het drukkersambacht om een eenmaal door een vakgenoot in de drukkersregisters ingeschreven werk ongemoeid te laten. In meer turbulente tijden, zoals de achttiende eeuw, verspreidde de Verlichting zich massaal via ongeoorloofde herdrukken. Piraterij was er in diverse gedaanten en variërende omvang, maar ze was er altijd.

De figuur van de piraat is er een die zich verzet tegen de heersende orde en zich andermans eigendom wederrechtelijk toe-eigent. De harde kern van de filesharers past zeker binnen deze traditie van burgerlijke ongehoorzaamheid tegen als onrechtmatig ervaren wetten. Toch is er veel voor te zeggen om de meer consumptieve downloaders onder een andere noemer te vangen: die van de parasiet.
De Franse filosoof Michel Serres heeft laten zien hoe in de geschiedenis van de mensheid het parasiteren, het mee-eten, veel gewoner is dan we algemeen aannemen. Een parasiet kan niet zonder een gastheer. Maar de gastheer (of -dame uiteraard) is veel vaker zelf parasiet dan hij (zij) zal willen toegeven. Een auteur, ‘rechthebbende’, parasiteert zelf op de cultuur waaruit hij is voortgekomen. Hij leerde en leende de woorden, de verhalen, de geschiedenis en creëerde daaruit iets nieuws, waarop weer anderen parasiteren door het zich illegaal toe te eigenen en verder te verspreiden. Zo bezien profiteren we allen van de rijk gevulde ruif van onze cultuur. En moeten we piraten en parasieten danken dat ze ons dat blijven voorhouden.

Dit artikel is het zesde in een reeks over auteursrecht en bibliotheken in het digitale tijdperk en verscheen ook in Bibliotheekblad 1, 2013. De eerdere delen stonden in Bibliotheekblad 7 t/m 10 en 12, 2012 en in de rubriek Spotlight op www.bibliotheekblad.nl.

Voor dit artikel is gebruikgemaakt van:
– Adrian Johns (2009), Piracy: the intellectual property wars from Gutenberg to Gates. Chicago/London: University of Chicago Press.
– Instituut voor Informatierecht/CentERdata (2012, 16 oktober). Filesharing 2©12: downloaden in Nederland. Amsterdam: Instituut voor Informatierecht/Tilburg: CentERdata (Geraadpleegd 6 december 2012).
– Michel Serres (1997 [1980]), Le parasite. Paris: Pluriel.
– Stichting Marktonderzoek Boekenvak/GfK (2012, mei). Boekenbranche: kwantitatief onderzoek naar digitale en niet-digitale lezers. (Geraadpleegd 6 december 2012.)

Bewerking 2 juni 2019: dode links aangepast en kleine tekstuele wijziging om aan te geven dat het rapport Filesharing 2012 inmiddels niet meer zo recent is.

Creative Commons License
De piraat is eigenlijk een parasiet by Frank Huysmans is licensed under a Creative Commons Attribution 4.0 International License.

Posted by Frank Huysmans on 9 januari 2013 | Posted in vakpublicaties, WareKennis | Tagged , , , , , , | Reactie