
Cartoon gemaakt met ChatGPT
Sam Altman was de baas van OpenAI, toen even niet, en toen toch weer wel. Hij stond naast Donald Trump, die president van Amerika was, toen een tijdje niet, en toen weer wel. Trump kondigde een pakket investeringen in de Amerikaanse AI-infrastructuur aan ter waarde van 500 miljard dollar. Altman had hem namelijk ingefluisterd dat de VS flink in AI moesten gaan investeren om China voor te blijven.
Een kleine week later lanceerde het Chinese DeepSeek een chatbot die net zo goed met mensen kon babbelen als Altmans ChatGPT, maar tegen een fractie van de kosten. Nog geen 6 miljoen dollar hadden de Chinezen nodig gehad om het ding aan de praat te krijgen. Daarvoor hadden ze ‘slechts’ 2.048 grafische processoren van het Amerikaanse Nvidia laten draaien. (Hoe die ondanks een exportverbod achter de Grote Muur zijn terechtgekomen, vertelden ze er niet bij.)
Gevolg: DeepSeek-paniek. Op de beurzen zegen de koersen van techbedrijven ineen. Nvidia raakte in een paar uur meer beurswaarde kwijt dan Trumps hele investeringspakket groot was. De Amerikaanse AI-droom spatte uit elkaar. Niet mensen maar processoren leken ineens massaal werkloos te gaan worden.
Eens te meer bleek dat niet een overdaad maar juist een gebrek aan middelen innovatie baart.
Alle techbedrijven? Nee. Eén bedrijf steeg zelfs wat in waarde: Meta. Niet toevallig de enige Amerikaanse techgigant die had besloten om geen miljarden in AI te gaan pompen. Omdat ze al te ver op de concurrentie achterlagen. Met gevoel voor public relations had Mark Zuckerberg daarom aangekondigd dat ze de AI-revolutie met opensourceoplossingen wilden gaan stimuleren. Uitgerekend met die gratis hulp kon DeepSeek zijn eigen concurrenten en die van Meta een bloedneus slaan.
OpenAI, het bedrijf dat het ‘open’ alternatief voor de commerciële AI-revolutie had willen worden, maar toen ineens weer niet, ving de klap in eerste instantie op door het Chinese vernuft de hemel in te prijzen, en toen ineens weer niet. Want DeepSeek had valsgespeeld. Het zou foefjes en snufjes van OpenAI hebben overgenomen, en dat had aanvankelijk wel gemogen, maar daarna dus weer niet.
Eens te meer bleek dat niet een overdaad maar juist een gebrek aan middelen innovatie baart. Eddie van Halen, de Indo-Nederlands-Amerikaanse gitaarheld die in januari zeventig zou zijn geworden, werd gevraagd hoe zijn revolutionaire speltechniek was ontstaan. Geldgebrek, luidde zijn antwoord. Met drie koffers, 75 gulden en een piano arriveerde het gezin Van Halen begin jaren zestig in Californië. Vader Jan, zelf professioneel muzikant, ging borden wassen om het gezin te kunnen onderhouden. Met bijeengescharrelde onderdelen schroefde de jonge Edward een gitaar in elkaar. Geld voor gitaareffecten was er al helemaal niet, dus deed hij rare dingen met zijn vingers om coole geluiden te produceren. Waarmee hij de gitaarwereld op z’n kop zette en miljoenen platen verkocht: ‘If that’s not an American dream, I don’t know what is.’
Deze column is verschenen in Vakblad IP | Informatieprofessional, jaargang 2029 nummer 1, februari 2025.
Posted by Frank Huysmans on 10 februari 2025 | Posted in beleid, columns, opinie, vakpublicaties | Tagged AI, artificial intelligence, artificiële intelligentie, Big Tech, ChatGPT, China, DeepSeek, Donald Trump, Eddie van Halen, Jan van Halen, kunstmatige intelligentie, Mark Zuckerberg, Meta, Nvidia, Sam Altman, Van Halen, Verenigde Staten
|
Kort na de kerst: paniek in onderwijsland. Artificiële intelligentie (AI) blijkt stukken tekst uit te kunnen spuwen met kop en staart. In verzorgd Nederlands en Engels. Desgevraagd met voetnoten. En het ergst van alles: het ding is gratis en geeft binnen enkele tellen antwoord aan iedere malloot die een enigszins begrijpelijk verzoek kan formuleren.
Nieuws- en opiniemedia stortten zich erop. En omdat dingen daar nu eenmaal van diverse kanten moeten worden belicht, kwamen voorbij: de radeloze docent; de grinnikende leerling; de techneut-deskundige (“Dit is pas het begin”); de onderwijsbestuurder; iemand van een inderhaast opgerichte taskforce; en natuurlijk de goeroe (“Bestrijd het niet – omarm het! Laat het vóór je werken, niet tégen je!”).
Toch miste ik nog iemand: de jurist. De kwestie deed me denken aan de zwarte vrouwtjesmakaak die zichzelf glimlachend portretteerde met de camera van een Britse natuurfotograaf. Nadat deze monkey selfie in Wikimedia Commons was geüpload begon er een intrigerend juridisch steekspel. Wikimedia stelde dat er op een foto gemaakt door een niet-menselijke actor geen auteursrecht kan rusten; de foto bevindt zich daarom in het publieke domein. De fotograaf betwistte dit en claimde het auteursrecht. Omdat hij close-ups van de schuwe apensoort wilde maken, had hij zijn (professionele) camera op een statief gezet en hing er een afstands¬ontspanner aan. Alleen in deze door hemzelf gecreëerde setting had de makaak haar, herstel, zijn foto’s kunnen maken.
AI en haar voortbrengselen stellen het recht nu voor allerlei vragen, zoals: dragen de teksten van ChatGPT een ‘persoonlijk stempel van de maker’?
Wie had het gelijk aan zijn zijde, of althans het recht? Juristen haalden er oudere vonnissen over ‘robotkunst’ bij om te betogen dat de fotograaf een goede kans maakte. Bij door de computer gegenereerde kunst is er net als bij de makaak sprake van creatie ‘zonder menselijke betrokkenheid’. Voor de teksten van ChatGPT en de illustraties van zusje DALL·E geldt dat eveneens. Hoogleraar informatierecht Dirk Visser meldt in het Nederlands Juristenblad (7/2023) dat er al meer dan een halve eeuw over de auteursrechtelijke vragen rondom ‘robotkunst’ wordt gedelibereerd. Nieuw zijn de kwaliteit, de laagdrempeligheid en het massale gebruik.
Artificiële intelligentie en haar voortbrengselen stellen het auteursrecht nu voor allerlei vragen. Dragen de teksten van ChatGPT een ‘persoonlijk stempel van de maker’? En wie is die maker; is dat niet deels ook de gebruiker die de opdracht formuleert? Wat als mensen het recht op AI-illustraties gaan claimen om er geld mee te verdienen? Helpt het als ze die illustraties een beetje hebben nabewerkt? En was het gebruik van miljoenen auteursrechtelijk beschermde teksten als trainingsmateriaal voor de tekstgenerator juridisch eigenlijk wel in de haak?
Mr. Visser laat zien dat wetten en jurisprudentie houvast bieden, maar ook dat over veel aspecten het laatste woord niet is gezegd. ChatGPT geeft hem gelijk. Als je het aan de tekstgenerator vraagt en herhaaldelijk op ‘Regenerate response’ klikt, krijg je compleet verschillende antwoorden. Best creatief eigenlijk.
Deze column is verschenen in Vakblad IP | Informatieprofessional 2023/2, maart 2023.
Posted by Frank Huysmans on 10 maart 2023 | Posted in columns, onderzoek, opinie, vakpublicaties | Tagged artificial intelligence, artificiële intelligentie, auteursrecht, auteurswet, ChatGPT, creativiteit, eok & ps, fotografie, informatierecht, informatietechnologie, intellectueel eigendomsrecht, kunstmatige intelligentie, persoonlijk stempel, robotkunst, tekstgenerator, Wikimedia
|